Ondernemers hebben een wettelijke administratieplicht. Op grond daarvan moeten zij de tot de administratie behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers bewaren. De administratieplicht omvat alle voor de heffing van belasting van belang zijnde gegevens. De bewaarplicht van de administratie geldt in beginsel voor een periode van zeven jaar.
Wanneer de Belastingdienst van mening is dat een ondernemer niet aan zijn administratieplicht voldoet, kan dat in een informatiebeschikking worden vastgesteld. Tegen een informatiebeschikking kan bezwaar en beroep worden ingesteld.
In een procedure over een informatiebeschikking heeft de Hoge Raad gesteld dat de in een geautomatiseerd bestel- en kassasysteem ingevoerde detailgegevens over bestellingen en afrekeningen tot de administratie behoren. Dergelijke gegevens moeten worden bewaard als zij voor de heffing van belasting van belang zijn. Dat is het geval als met behulp van deze gegevens de volledigheid van de verantwoording van de omzet in geld kan worden geverifieerd aan de hand van een op goederenniveau te leggen verband tussen in- en verkoop. Als de administratie voldoende andere gegevens bevat die een afdoende controle van de verantwoorde omzet in geld mogelijk maken, hoeven de detailgegevens niet bewaard te worden.
De inspecteur had in de informatiebeschikking vastgesteld dat hij door het ontbreken van detailgegevens in de administratie de volledigheid van de omzetverantwoording niet kon verifiëren aan de hand van de goederenstroom. De ondernemer voerde aan dat de informatiebeschikking geen feitelijke constatering bevatte van een gebrek in de administratie. Er zou geen inhoudelijke controle hebben plaatsgevonden. In plaats daarvan zou de inspecteur de bevindingen uit een later jaar hebben geëxtrapoleerd door te stellen dat de bedrijfsvoering in die jaren gelijk zou zijn. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie ongegrond verklaard. Het hof heeft zijn oordeel dat niet is voldaan aan de administratieplicht gebaseerd op de vaststelling dat de detailgegevens van bestellingen en afrekeningen niet zijn bewaard. Deze vaststelling is in cassatie niet bestreden. Het feit dat de detailgegevens niet zijn bewaard, rechtvaardigt in beginsel de vaststelling dat niet is voldaan aan de administratieplicht. Het oordeel van het hof geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting.