Woningeigenaar bestrijdt WOZ-waarde met andere referentiepanden

aug 30, 2021 | Kantoornieuws

De WOZ-waarde van een onroerende zaak wordt jaarlijks vastgesteld en dient ondermeer als grondslag voor de OZB. De WOZ-waarde is de waarde die aan een onroerende zaak dient te worden toegekend bij overdracht van de volle en onbezwaarde eigendom als de verkrijger de zaak in zijn huidige staat onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen. Daarbij wordt uitgegaan van aanbieding ten verkoop op de voor die onroerende zaak meest geschikte wijze na de beste voorbereiding en koop door de meest biedende gegadigde. In een procedure over de WOZ-waarde rust op de gemeentelijke heffingsambtenaar de last om aannemelijk te maken dat de waarde niet te hoog is vastgesteld.

Hof Amsterdam oordeelde in een procedure dat de heffingsambtenaar niet aannemelijk heeft gemaakt dat de waarde van een woning niet te hoog is vastgesteld. De woningeigenaar had ter bestrijding van de WOZ-waarde drie referentiepanden aangedragen die kort vóór of na de waardepeildatum zijn verkocht en die wat type, bouwjaar en ligging betreft vergelijkbaar zijn met zijn woning. De gerealiseerde verkoopprijzen van drie panden waren lager dan de vastgestelde WOZ-waarde. Waarom de waarde van de woning hoger zou zijn dan de waarde van deze panden was niet duidelijk. De heffingsambtenaar had daar geen verklaring voor.

Het hof diende vervolgens te oordelen of de woningeigenaar de door hem verdedigde lagere waarde aannemelijk heeft gemaakt. Ook dat was volgens het hof niet het geval. De door de woningeigenaar aangedragen scores voor factoren als kwaliteit, onderhoud, ligging, luxe, duurzaamheid en uitstraling misten onderbouwing met objectieve en toetsbare gegevens.

Omdat geen van de partijen de verdedigde waarde aannemelijk heeft gemaakt, stelde het hof de waarde in goede justitie vast op een bedrag dat tussen beide waardes in lag.

Bron: Mon, 30 Aug 2021 11:10:06 +0100
Share This